• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar

heroïne-epidemie

  • Home
  • Blog
  • In de media
  • Heroïne-epidemie
    • Verder lezen
    • Verder kijken
    • Publicaties
  • Contact
    • Contactformulier
    • Toestemmings formulier

heroineepidemie

Het mysterie van de ‘geïntegreerde heroïnegebruiker’

28/10/2015 by gemmablok

Ze schijnen te bestaan: mensen die hun recreatieve gebruik van heroïne binnen een ‘normaal’ leven weten te integreren. Ze gebruiken slechts af en toe, thuis of op een feestje. Voor alle (ex-)heroïnegebruikers die ik inmiddels heb gesproken, was dit het absolute ideaal toen ze met de drug begonnen. Ze zouden hun gebruik zeker in de hand weten te houden. Maar het weekend gebruik ontaarde in dagelijks gebruik. En na een paar weken dagelijks gebruik volgden de afkickverschijnselen. Als ze zonder heroïne zaten, gingen ze zich bibberig en misselijk voelen. Ze zweetten en hadden pijn in de ledematen. Toen ze door kregen dat die ellende simpelweg viel op te heffen door het nemen van een nieuwe portie heroïne, raakten ze verslaafd. Bij alcoholisme werkt het overigens net zo, maar duurt het veel langer om dit stadium bereiken. Stevige drinkers beginnen vaak pas na jaren met het nemen van een ‘hersteldrankje’ in de ochtend.

Verreweg de meeste consumenten van alcohol drinken echter probleemloos en met mate. Hoeveel gebruikers van heroïne weten buiten de vicieuze cirkel van de verslaving te blijven? Verhalen over hun bestaan duiken af en toe op. Zo vertelde socioloog Peter Cohen onlangs in de Volkskrant over een paar leuke verpleegsters die hij ooit kende in New York, die heroïne gebruikten als ze uitgingen. Ze leerden Cohen dat ‘stoffen waar je alleen maar de meest krankzinnige negatieve verhalen over hoorde, door totaal geïntegreerde, productieve mensen gewoon werden gebruikt.’ Volgens hem is het een mythe dat iedereen die heroïne gebruikt, in een problematische gebruiker verandert. De heroïne is niet het probleem, de gebruiker is het probleem.

Het is een prikkelende gedachte. Maar: waar zijn de probleemloze heroïne gebruikers? Zwijgen ze uit angst voor reputatieschade? Of is hun bestaan de ware mythe? Dat lijkt toch niet het geval. In Engeland toonde een interessante studie uit 2005 aan, dat een subgroep van heroïnegebruikers in staat is tot incidenteel of gecontroleerd gebruik. Via een online vragenlijst en diepte-interviews, kwamen de onderzoekers in contact met 174 mensen die relatief probleemloos heroïne consumeerden. Deze gebruikers letten er goed op dat ze de heroïne niet spoten maar rookten, en dat ze niet langer dan een paar dagen achtereen gebruikten.

De meesten hadden wel periodes van verslaving gekend, maar hadden hun afhankelijkheid weten om te buigen naar gecontroleerd gebruik. Anderen wisten hun verslaving te combineren met een baan, een gezin, of mantelzorgtaken. Tientallen respondenten gebruikten al jaren af en toe heroïne, eens per maand of nog minder, en hadden daar (nog) geen problemen mee ontwikkeld. Het geïntegreerde heroïnegebruik à la de New Yorkse verpleegsters lijkt dus te bestaan, al is het de vraag of het een wijdverbreid of een marginaal fenomeen is.

Bij deze een oproep. Zouden Nederlandse geïntegreerde (ex-)gebruikers van heroïne zich willen melden? Mensen die de stof incidenteel hebben gebruikt in de jaren zeventig of tachtig, zonder eraan verslaafd te zijn geraakt? Ik zou ze graag spreken, om in mijn onderzoek een zo veelzijdig mogelijk beeld van heroïnegebruik te kunnen geven. Medewerking kan anoniem!

© ANP

Filed Under: Heroïne-epidemie blog Tagged With: heroine, heroineepidemie, recreatief gebruik

De aantrekkingskracht van het junkiebestaan

01/03/2015 by gemmablok

“Waarom spoot Jan en Alleman zich kapot?” Die kop zette Het Parool 26 januari jl. boven een artikel over mijn huidige onderzoeksproject: een ‘mondelinge geschiedenis’ van de heroïne-epidemie in Nederland. (artikel Parool) Na 1972 explodeerde hier in het land het gebruik van het verslavende opiaat heroïne, om een piek te bereiken rond 1985. Destijds was ik een puber en las ik met rode oortjes over de ‘verrotte levens’ van heroïnehoertjes als Christiane F. en Floortje Bloem. Mijn oom, een Amsterdamse journalist, leidde me rond over de beruchte Zeedijk. Daar krioelde het van de sjofele ‘junkies’. Er hing een nare en opgefokte sfeer. De snackbars verkochten vooral vanillevla; makkelijk voedsel voor verslaafden met een slecht gebit.

Tegenwoordig is de Zeedijk weer een gewone, gezellige straat. Veel heroïnegebruikers zijn inmiddels overleden aan een overdosis, zelfmoord, verwaarlozing of aids. Heroïne is als drug volkomen passé: jongeren kiezen liever voor het veel minder verslavende middel XTC. Nu het fenomeen over zijn hoogtepunt is, dringt de vraag zich des te meer op: waar kwam dat massale gebruik van heroïne destijds toch vandaan? In Het Parool deed ik een oproep aan (ex-)gebruikers van deze drug om hun herinneringen met mij te delen. Via de verhalen van de ‘overlevenden’ hoop ik beter te leren begrijpen waarom het junkiebestaan destijds zo’n aantrekkingskracht had. Ongeveer vijftig ex-gebruikers meldden zich aan en ook waren er volop steunbetuigingen van hulpverleners, politiemensen en familieleden. Mijn wens om de verhalen van gebruikers op te tekenen nu het nog kan, bleek breed te worden gedeeld.

Angst voor hepatitis C

De reacties maakten ook iets anders duidelijk: onder de overlevenden heerst momenteel veel onrust over de gevolgen van hepatitis C. Deze virusziekte, die wordt overgedragen via bloed/bloed contact, liepen veel mensen op via het delen van injectienaalden of spuitattributen. Landelijk zijn naar schatting bijna 8000 ooit-injecterende druggebruikers met hepatitis C besmet (Zie: Nationale Drugsmonitor.) Indien onbehandeld kan deze ziekte chronisch worden en leiden tot levercirrose of soms zelfs leverkanker. Onlangs overleed de beroemde tekenaar Peter Pontiac op deze manier. Nadat hij al in 1983 al was afgekickt, haalde zijn verslaving hem in 2015 alsnog in.

Ook bij een ex-gebruikster die ik enkele weken terug interviewde, waren vlekken op de lever geconstateerd: hoogstwaarschijnlijk kanker. Ik was onder de indruk van de rustige manier waarop ze haar lot accepteerde. Gelegen op haar ziekbed bij het raam vertelde ze me haar levensverhaal, lichamelijk verzwakt maar geestelijk nog zeer levendig. Anderen hebben misschien nog baat bij een nieuw medicijn tegen hepatitis C: Sovaldi. Dit wondermiddel zou de kwaal met een kuur van 8-12 weken kunnen genezen. Voor mensen bij wie de ziekte in een ‘verder gevorderd stadium’ verkeert, wordt dit (dure) medicijn sinds 1 november 2014 vergoed vanuit het basispakket. Nieuwsbericht rijksoverheid. De rest moet wachten tot nadere onderhandelingen met de fabrikant hebben geleid tot een prijsverlaging.

Filed Under: Heroïne-epidemie blog Tagged With: heroineepidemie, junkiebestaan

Primary Sidebar

Waarom ging jij aan de heroïne?

Iedere gebruiker heeft een uniek levensverhaal. Honderd levensverhalen samen geven een inkijk in de snelle sociale en (sub)culturele en veranderingen tussen 1970 en 1990. Uiteindelijk draagt je verhaal bij aan een groter begrip van de heroïne-epidemie als historisch fenomeen.

Stuur ons een email via het contactformulier als je graag wilt helpen met dit onderzoek.

Korte biografie Gemma Blok

Gemma Blok is hoogleraar moderne geschiedenis aan de Open Universiteit. Daarnaast doceert ze Nederlandse Geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Ze publiceerde veel over thema’s uit de geschiedenis van de psychiatrie. Ook was ze betrokken bij de inrichting van Museum Het Dolhuys in Haarlem. De laatste jaren houdt Gemma zich bezig met de geschiedenis van drugsgebruik (inclusief alcohol) en de verslavingszorg.

Eric Krabbenbosch steunt dit project

Eric Krabbenbosch, ex-verslaafde en illustrator, maakte de afbeelding boven het menu. Lees meer over hem via deze link.

Copyright © 2025 · Genesis Framework · WordPress · Log in